vrijdag 8 april 2011 | 20:15 | Theatervoorstelling

van August Strindberg
door Boris van den Wijngaard, acteur
In het kader van City2Cities Internationale Literatuurdagen Utrecht
Herhaald op zo 10 april 15.00 u. en wo 13 april 20.30 u.
De Zweedse schrijver August Strindberg (1849-1912) schreef een van de meest persoonlijke ego-documenten uit de wereldliteratuur. Een indringend verslag van de ‘infernocrisis’ die de auteur doormaakte nadat hij zijn tweede vrouw had verlaten en hij zich richtte op scheikunde, alchemie, occultisme, magie en mystiek. Voor velen zijn meesterwerk.
‘Hardop-denkend en uit-het-hoofd gelezen’ speelt Boris van den Wijngaard een monoloog die hij samenstelde uit de dagboeknotities van Strindberg uit diens bijzondere periode in zijn leven. Sensibel, sinister en spannend.
August Strindberg, die eigenlijk acteur wilde worden, werd met name bekend als toneelschrijver, maar schreef ook romans, korte verhalen, gedichten, dagboeknotities, vele brieven en essayistisch werk. Hij werd de grootste auteur van Zweden. Een gekweld man, die zijn ‘demonen’ om wist te zetten in een bewogen en creatief leven. In zijn leven verguisd en geroemd.
Johan August Strindberg wordt 1849 in Stockholm geboren. In zijn autobiografische Zoon van een dienstbode uit 1886 beschrijft hij een jeugd, getekend door emotionele onzekerheid, armoede, religieus fanatisme en verwaarlozing. Zijn moeder sterft wanneer hij 13 jaar is. Hoewel hij niet lang om haar rouwt, zal naarmate zijn leven vordert een verlangen ontstaan naar een ideale moederfiguur. Zijn vader, een zeer autoritaire man, hertrouwt vrij snel met een vrouw die Strindberg verafschuwt. Achttien jaar oud vertrekt hij naar Uppsala voor een studie medicijnen, die hij uiteindelijk niet afrondt. Strindberg blijkt uiteindelijk een ware uomo universale: hij bestudeert onder andere de esthetica, moderne talen en natuurkunde, hij fotografeert en schildert ook zeer verdienstelijk, voornamelijk verstilde of woeste landschappen. Daarnaast is hij theosoof en alchemist. Ook blijkt Strindberg occulte interesse te bezitten. Zijn visie op de man-vrouw relatie en het huwelijk is in zijn tijd opmerkelijk te noemen.
In 1872 (23 jaar oud) wordt hij bekend met zijn toneelstuk Meester Olof, maar zijn literaire doorbraak geniet hij vijf jaar later met zijn roman De Rode Kamer. Dit werk, met een satirische kijk op het kapitalistische Stockholm, is vaak beschreven als de eerste moderne (naturalistische) Zweedse roman. Met onder andere zijn toneelstukken Freule Julie (1888) en Droomspel (1909) breekt hij met de tradities van het klassieke theater. In zijn persoonlijke leven blijft hij heftig fulmineren tegen mens en maatschappij, wat zijn (gezins)leven niet gemakkelijk maakt.
Vijfenveertig jaar oud en inmiddels woonachtig in Parijs, en daar fanatiek bezig met chemische experimenten, maakt hij zijn befaamde 'infernocrisis' door: een existentiële crisis die Strindberg uiteindelijk naar het christelijk geloof brengt. Zijn autobiografische Inferno uit 1897 is een verslag van deze crisis.
Terug in Stockholm schrijft hij nog een groot deel van zijn oeuvre. Tegen zijn eigen verwachting loopt hij in 1909 de Nobelprijs voor de Literatuur mis (naar men zegt vanwege zijn eerdere kritiek op Alfred Nobel). Na zijn mislukte derde huwelijk leeft hij teruggetrokken en overlijdt in 1912 op 63-jarige leeftijd.
De belangrijkste Zweedse literaire prijs - de Augustpriset - is naar hem vernoemd.
Boris van den Wijngaard
maakt (solo)theatervoorstellingen rondom het werk van schrijvers uit de wereldliteratuur. Zo bracht hij onder andere werk van Franz Kafka, W.F. Hermans, Honoré de Balzac, Simon Vestdijk, Luigi Pirandello, Louis Couperus, Fernando Pessoa, Martinus Nijhoff en Federico García Lorca op het podium. Van den Wijngaard speelde ook gastrollen in diverse televisieseries, was te beluisteren in hoorspelen en is een zeer gewaardeerd vertolker van poëzie. Recent regisseerde hij actrice Evrim Kurç in de voorstelling Vrouw alleen met teksten van de Amerikaanse schrijfster Dorothy Parker.

